Het Energieplafond uitgelegd

Namens Thor. ben ik aangesloten bij de werkgroep Energiearmoede van Keizers & Visser en Thor. Voor deze werkgroep heb ik onlangs uitgezocht wat het energieplafond precies inhoudt, voor wie het is en welk effect het plafond kan hebben op jouw portemonnee. Hieronder lees je een ingekorte versie van het stuk dat we als werkgroep hebben opgesteld over het energieplafond. Het volledige artikel met alle berekeningen vind je hier

Het energieplafond

Stroom, gas en warmte zijn de laatste tijd heel duur geworden. Zo duur, dat veel mensen het niet meer kunnen betalen. Dit noemen we energiearmoede. Het prijsplafond is bedoeld om de kosten voor stroom en gas zo laag mogelijk te houden. Zonder het prijsplafond zou je erg veel moeten (bij-) betalen voor stroom, gas en warmte, en zelfs in de schulden kunnen komen.

Het prijsplafond betekent dat iedereen in Nederland met een variabel energiecontract hetzelfde (maximale) tarief voor stroom, gas en warmte betaalt. Dit tarief geldt tot een bepaald verbruik; het plafond. Kom je boven dit verbruik? Dan geldt voor het meerverbruik het energietarief dat in je contract van de energieleverancier staat.

De tarieven voor gebruik onder het energieplafond zijn als volgt:

  • Gas: maximaal tarief van €1,45 per m³ tot een verbruik van 1.200 m³;
  • Stroom: maximaal tarief van €0,40 per kilowattuur tot een verbruik van 2.900 kilowattuur;
  • Warmte: €47,39 per gigajoule tot een verbruik van 37 gigajoule.

Verbruik je bijvoorbeeld 1.500 m³ gas, dan betaal je voor de eerste 1.200 m³ het tarief van het energieplafond, dus €1,45, en voor de overige 300 m³ het standaardtarief van dat moment.

Verbruik boven het prijsplafond

Voor alles wat je boven de grens van het prijsplafond besteedt, geldt het variabele tarief van je leverancier. Niet alle huishoudens gebruiken evenveel stroom en gas. Het Nibud heeft een schatting gemaakt van het gemiddeld verbruik op basis van woningtype en de aantal personen in het huishouden. Op basis van die schatting zal alleen het verbruik van 1- of 2-persoons huishoudens in een flat of tussenwoning onder het energieplafond blijven. Huishoudens met meer personen en/of in een meer vrijstaand huis zullen volgens deze schatting met hun verbruik boven de grenzen van het energieplafond zitten. Voor dit meerverbruik betalen zij een hoger tarief, volgens het Nibud €0,84 per kWh voor stroom en €3,98 per kuub gas.

Wat zijn de financiële gevolgen van het prijsplafond ten opzichte van 2022?

Om de effecten van het prijsplafond in kaart te kunnen brengen, zetten we de energiekosten van 2022 af tegen de kosten van 2023 aan de hand van het gemiddelde gebruik van stroom en gas van alle huishoudens volgens het Nibud. Voor 2022 gaan we uit van een gemiddeld tarief van € 0,40 per kWh stroom en € 1,83 per m3 gas. Voor 2023 gaan we uit van de maximale tarieven van het energieplafond.

Volgens deze berekening zal een gemiddeld huishouden, bij gelijk gebruik, ongeveer €310 minder betalen ten opzichte van 2022 door het prijsplafond. Dit komt vooral door de verlaging van het tarief voor gas; de kosten voor stroom vallen in 2023 namelijk hoger uit dan in 2022 door een verlaging van de vermindering energiebelasting.

Geldt dit voor iedereen?

De kosten voor stroom en gas hangen zoals gezegd af van het type huis en het totaal aantal personen in het huishouden. In bovenstaande berekening is daar geen onderscheid in gemaakt omdat er gerekend wordt met landelijke gemiddelden om een doorsnee beeld te geven. Hieronder wat extreme voorbeelden van gebruik boven het energieplafond.

Wat betreft stroom schat het Nibud in dat een huishouden per extra persoon meer stroom gebruikt. Bij de grootste verbruikers van stroom, huishoudens met 5 of meer personen, is het geschatte stroomverbruik 4.270 kWh per jaar. Dat is 1.370 kWh meer dan het maximum van het prijsplafond. Hun kosten voor stroom per jaar zijn dan zo’n €1.714. Dat is €750 meer dan in 2022.

Voor gas schat het Nibud in dat meer vrijstaande huizen ook meer gas gebruiken. Voor huishoudens in een vrijstaand huis, betekent dit dat zij in totaal maar liefst zo’n €5.123 per jaar kwijt zijn aan gas. Dat is €1.363 meer dan zij bij gelijk gebruik in 2022 kwijt waren aan gas. Dit verschil komt dus door de hoge tarieven die zij betalen over het meerverbruik.

Bovenstaande berekeningen gaan uit van de meest extreme gevallen. Deze gevallen zullen relatief weinig voorkomen, maar zijn wel goed om rekening mee te houden. Het energieplafond is dus niet voor iedereen voordelig.

Conclusie

Voor de meeste huishoudens in Nederland zal het invoeren van het prijsplafond leiden tot lagere energiekosten in 2023 ten opzichte van in 2022. Een gemiddeld huishouden zal er in 2023 zo’n €310 op vooruit gaan op de energierekening. Het doel en de verwachting van het energieplafond is dus dat energiearmoede daalt. Huishoudens die boven de verbruiksgrens van het prijsplafond verbruiken zullen er echter al snel op achteruit gaan door de hoge tarieven die gelden boven het prijsplafond. Deze huishoudens vormen dus (nog steeds) een risicogroep voor energiearmoede.

 

 

Door
______________

Reimer Vonk

Behoefte om hierover door te praten?

___

 

Stuur Reimer een mailtje en maak een afspraak! 

Thor

Neem contact
met ons op